

In 2017 kon Natuurpunt met de steun van de Vlaamse Gemeenschap en de gemeente Grobbendonk het Molenbos aankopen en zo een domein van 60 hectare veilig stellen.
Het Molenbos was een deel van de grotere overeenkomst met de familie d’ Ursel waardoor Natuurpunt in totaal bijna 100 hectare in eigendom kreeg
in Grobbendonk. Het Molenbos vormt zo een belangrijke schakel tussen twee andere grote natuurgebieden die op wandelafstand liggen: Krabbels-Lovenhoek en Schupleer-Graafweide.
Enkele zones in het bos worden afgebakend als rustgebied om zeldzame broedvogels en de kwetsbare reeënpopulatie de nodige rust te gunnen. Maar Natuurpunt geeft iedereen ook de kans om voluit te genieten van het bos. We pakken de gehavende boswegen aan en hebben een nieuw wandelpad aangelegd. Het Bosvogelpad slingert zich door heel het gebied. Onze vrijwilligers hebben ook de oude en verwaarloosde voetweg die de dorpskernen van Vorselaar en Grobbendonk verbindt, in ere hersteld.

Een statig bos met geschiedenis
Het Molenbos heeft een rijke geschiedenis, met boeiende sporen van bewoning zowel uit de Romeinse als prehistorische periodes.
In 1726 werd het bos eigendom van de familie d’ Ursel die het bijna 300 jaar in familiebezit had. Het oudste deel van het bos staat al aangeduid op de Ferrariskaarten van 1775. Het was indertijd de “warande” waar de adel verzamelde voor de jachtpartijen.
Het domein is sinds de aankoop door Natuurpunt helemaal jachtvrij, maar de karakteristieke oude beukendreven, stralen nog de adellijke grandeur uit.
Majestueuze beuken
Vele beuken zijn meer dan een eeuw oud – tot 150 jaar. Natuurpunt herstelt waar mogelijk de drevenstructuur met nieuwe aanplant. We laten ook de spontane verjonging van het beukenbos zijn gang gaan.
Beukennootjes zijn een belangrijk wintervoedsel voor eekhoorns en zaadeters als vinken, groenlingen en kepen die in de winter soms in grote groepen de dreven afschuimen.
De oude beuken zijn ook de geliefde habitat voor de zwarte specht. Hij hakt er nestgaten in ter grote van een ganzenei. Dieprachtige vogel met zijn mysterieuze roep is de koning van het Molenbos.
Spechten, uilen en paddenstoelen
Dood hout brengt bruisend leven in het bos. Bij het beheer van het Molenbos laat Natuurpunt daarom bewust dode bomen staan. Omgewaaide bomen of kruinhout mogen rustig blijven liggen.
Van oude nestgaten van spechten profiteren andere holenbroeders zoals bosuilen, holenduiven en boomklevers. Ook vleermuizen vinden hun slaapplaatsen in holen of onder schors van dode bomen.
Paddenstoelen en zwammen gedijen op ontbindend hout, waarin ook allerlei wormen, kevers en andere insecten krioelen. Zij vormen dan op hun beurt een gedekte tafel voor vogels en andere dieren.
Een natuurlijk bos mag zijn eigen gang gaan en hoeft er niet te proper bij liggen!
Leve de diversiteit
De komende jaren zal Natuurpunt het Molenbos langzaam omvormen naar een waardevol gemengd bos van inheemse loofbomen en naaldhout. Dat is een traag proces waarbij exoten zoals Amerikaanse eik en Amerikaanse vogelkers stilaan vervangen worden door inheemse aanplant en natuurlijke verjonging.
Op enkele geschikte plaatsen maken we open plekken waardoor er meer licht en warmte in het bos komt. Zo kunnen enkele mooie heiderestanten zich verder ontwikkelen.
Vlinders en soorten als de hazelworm krijgen daardoor meer kansen.
Natuur voor iedereen
Enkele zones in het bos worden afgebakend als rustgebied om zeldzame broedvogels en de kwetsbare reeënpopulatie de nodige rust te gunnen.
Maar Natuurpunt geeft iedereen ook de kans om voluit te genieten van de het bos. We pakken de gehavende boswegen aan en hebben een nieuw wandelpad aangelegd. Het Bosvogelpad slingert zich door heel het gebied.
De wandeling geeft een mooi zicht op het zachte reliëf dat door het bos golft. Het Molenbos is geworteld in de zanderige uitlopers van de Kempense Heuvelrug.
Onze vrijwilligers hebben ook de oude en verwaarloosde voetweg die de dorpskernen van Vorselaar en Grobbendonk verbindt, in ere hersteld.
Voor de scoutsgroep hebben we rond hun lokaal een grote speelzone afgebakend waar de jonge “bosvogels” naar hartenlust kunnen ravotten.