Nieuws

In 2024 voerde Natuurpunt Studie onderzoek naar de wilde bijen die leven in enkele Kempense zandgroeves. Dit met als doel te achterhalen welke soorten specifiek zijn voor deze groeves. Daarnaast werd er ook naar andere soortgroepen gekeken. Zo werd er in een van de groeves een graafwesp waargenomen die nog nooit eerder in ons land aangetroffen werd, namelijk Nysson distinguendus.
 

De aardbeivlinder is een sterk bedreigde soort. Er zijn nog maar 5 populaties van deze vlinder over in Vlaanderen. Daarom herstelde Natuurpunt een deel van zijn leefgebied in de Gulke Putten in het Brugse Ommeland. In de zomer van 2023 en 2024 werd 1 hectare verruigd grasland oppervlakkig afgegraven en verwijderd. Op de kale bodem kiemden nieuwe plantjes van het heischraal grasland waaronder tormentil waarop de aardbeivlinder zijn eitjes kan afzetten. Dit herstelproject biedt niet alleen hoop voor de aardbeivlinder, maar ondersteunt ook andere soorten die afhankelijk zijn van bloemrijke, schrale graslanden.

Onze stekelige vriend, de West-Europese egel, is een graag geziene gast in onze tuinen, maar onderzoek uit verschillende Europese landen heeft aangetoond dat de egelpopulaties afnemen. Blootstelling aan chemische stoffen zoals rodenticiden (tegen knaagdieren), herbiciden (tegen planten) en insecticiden (tegen insecten) kan mogelijk bijdragen aan deze achteruitgang.

Neonicotinoïden, de nieuwe generatie pesticiden waarvan het gebruik door de Europese Unie verboden of strikt gereguleerd is, hebben al langer een slechte naam vanwege hun invloed op bijen, waterinsecten e.a. Ook is aangetoond dat ze een nefaste impact hebben op vogels. Uit een nieuwe meta-studie van de Universiteit Wageningen blijkt nu dat die neonicotinoïden voor vogels nog slechter zijn dan we al dachten.
 

Om te weten waar zich in het verleden concentraties aan hagen, houtkanten, bomenrijen en bossen bevonden, stelde het agentschap Onroerend Erfgoed een kaart samen die de evolutie van de open en gesloten landschappen voor Vlaanderen visualiseert. Dat gebeurde in samenwerking met het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO). De kaart laat zien hoe het aantal houtkanten en bomenrijen over de eeuwen heen evolueerde. 

Natuurbeheer is geen exacte wetenschap. In voedselarme natuurtypes werkt stikstofdepositie erg verstorend. Om die negatieve effecten tegen te gaan worden herstelmaatregelen zoals plaggen en bekalken toegepast. Maar die maatregelen hebben niet altijd het beoogde effect -integendeel, zo blijkt uit onderzoek naar veldkrekels in Nederland. Het terugdringen van de overmatige stikstofneerslag blijft dan ook een prioriteit.