Overzicht

De beuk herken je aan het ovale blad en de gladde, grijze schors. Het bladerdak is opvallend dicht. Er komt geen licht doorheen waardoor er onder de beuk niets groeit. 

De boomkikker is een heel herkenbare kleine, gladde, grasgroene kikker, met een donkere streep die zijn buik en rug scheidt. Hij heeft een stompe kop en slanke achterpoten. De vingers en tenen van de boomkikker hebben zuignapachtige hechtschijfjes.

Beekjuffers behoren tot de meest opvallende verschijningen onder de Vlaamse libellen. Mannetjes hebben een donkerblauw lichaam en zwarte vleugels met een blauwe schijn. De vrouwtjes hebben een groen tot bruin metaalglanzend lichaam. 

De bruine kikker is een grote, robuuste kikker met een zwarte vlek achter het oog. Zijn helderbruine rug heeft contrasterende bruinzwarte vlekken.

De zwarte knoppen van de gewone es lijken op een bokkenpoot. Met zijn elastische hout maak je de beste bogen.

De gewone pad is een vrij grote, plompe pad met een opvallend wrattige huid en achter elk oog een grote oorklier.

Tot 2021 dachten we dat de zeer zeldzame Groensteelsatijnzwam één van de weinig gemakkelijk herkenbare satijnzwammen was. In 2021 werd een dubbelganger beschreven die slechts op basis van de grotere sporenmaten kan onderscheiden worden: grootsporige citroensteelsatijnzwam. Beide soorten zijn indicator van kalkrijke, ongestoorde, niet bemeste graslanden. 

De grote glimworm is een kever waarvan vooral het vrouwtje licht kan geven. Haar groene gloed zie je in juni en juli in graslanden en langs bosranden.